Zo fijn, als onze zoon blij zegt: “Ik heb de tafel voor je gedekt, mama” of “Kijk eens, ik heb koffie gemaakt voor jou”. Of als hij bij een ruzie met zijn zusje als eerste ‘sorry’ tegen haar zegt. Niet omdat hij spijt heeft, maar omdat hij ziet hoe naar ik dat geruzie vind. Of dat hij een complimentje bij het eten geeft en alles opeet, terwijl zijn zus zit te piepen bij al die groente. ‘s Avonds verklapt hij dat hij het eigenlijk ook niet lekker vond, maar hij wist hoeveel moeite ik voor het eten had gedaan. Dat doet hij allemaal voor míj, wat een enorme lieverd!

EEN KIND DAT VOOR ZIJN OUDERS ZORGT

Toch word ik er onrustig van. Als een kind zó zijn best doet om je te pleasen, klopt het niet. Een kind hoort kind te zijn, te spelen, en ook zijn ouders te durven teleurstellen. Dat hoort bij het proces van losmaken en je eigen weg kiezen. Een kind hoort niet voor zijn ouders te zorgen, maar andersom.

VAN KLEINS AF AAN JE GROTER MAKEN

Iemand die vroeger een vader of moeder had die niet in staat was voor zichzelf te zorgen, is waarschijnlijk voor die ouder gaan zorgen. Het kind gedraagt zich dan als de ouder van zijn ouder. Dit is een automatische beweging – en altijd uit liefde: in kleine dingen als ‘zorgen dat je geen herrie maakt’ bij je overspannen vader, het maken van een ontbijtje voor je depressieve moeder die haar bed niet meer uitkomt, of mama troosten als ze huilt. Maar wie zorgt er dan voor het kind? Deze beweging kan grote invloed hebben op je verdere leven: je zult later misschien alsmaar voor anderen zijn gaan zorgen, en jezelf vergeten. En uiteindelijk niet eens meer weten of voelen wat je nu eigenlijk zélf wilt.

JIJ BENT DE KLEINE, IK DE GROTE

Natuurlijk is het ook vooral heel lief en aandoenlijk, als je kleuter je een dekentje brengt wanneer je ziek op de bank ligt. Waar het om gaat, is dat dit geen vaste patronen worden. Als mijn kind zó vaak zijn best doet om het mij naar de zin te maken, om voor mij te zorgen, om mij te verwennen, dan benoem ik het gewoon: “Ik ben de moeder en jij bent mijn kind, daarom hoef je niet voor mij te zorgen. Ik zorg voor mezelf én ik zorg voor jou. En ik houd zoveel van je, daar hoef je helemaal níets voor terug te doen”. En van binnen juich ik telkens weer, als hij zich in kleine dingen tegen mij verzet. Stap voor stap leert hij dat hij zijn hart mag volgen, en dat mijn liefde echt onvoorwaardelijk is.

Zo’n zorgzaam kind! Hoe fijn is dat?

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.